vrijdag 20 augustus 2010

Meer verleden dan toekomst

Er ligt een deken over mijn bestaan. Mijn ogen krimpen in mijn gezicht. Ik voel de afgrond naderen en doe niets om van koers te veranderen. Als een bang dier in wit licht zit ik en wacht op het onheil. Louis heeft verkeerde keuzes gemaakt waardoor zijn leven waardeloos werd. Het huwelijk met Yvonne was daar een van. Hij had eerder in moeten grijpen. En bij sturen. Dan was alles anders geweest. Dan had hij die hartaanval niet gekregen.
De dagen na zijn begrafenis komen oude vrienden van hem langs. Ze vertellen over vroeger, over het soort man dat hij was. Rond zijn vijftigste heeft hij zich af laten kopen. Hij verkocht zijn kunsthandel onder de voorwaarde dat hij nooit meer iets in de kunst zou doen. Daarmee goot hij de jus uit zijn leven en verloor het vermogen te dansen. Hij werd de knorrige oude man die in mijn taxi stapte.
Het is net of je op een gegeven moment als je meer verleden dan toekomst hebt, het zwaartepunt legt op wat voorbij is en de toekomst niet meer stuurt. De weg voor je ligt vast en wijst steevast in de richting van de dood. Je kunt niet meer bijbuigen of omdraaien. Hoe meer je dat probeert, des te zieliger wordt het.
Hoe word je oud? Ma koos voor dementie. Wat kies ik? Hoe krijgen die anderen het voor elkaar zo zorgeloos op terrassen te zitten? Voelen ze dan niet ook dat ze iets moeten doen. Maar wat dan? Wat kun je doen om de traagheid van de dagen te doorbreken en invulling te geven. Als je daar op mijn leeftijd nog niet achter bent, kom je er nooit meer achter. Je bent niet langer een belofte aan jezelf. Je bent je eigen vleesgeworden nachtmerrie. Steeds herinner je jezelf aan je lege bestaan. Wat is nodig om het te vullen en juichend op te staan over weer een nieuwe dag. Hoe genieten?
Routines helpen om niet na te denken over de zin. Tot je natuurlijk op de zoveelste vakantie in Frankrijk je afvraagt waar je je dagen mee slijt.
Is het een fase waar je doorheen moet, zoals de puberteit? Niemand heeft me geleerd hoe ik oud moet worden. Hoe om te gaan met het half lege glas. Dat niet meer bijgeschonken wordt. Wat als ik doodga en niets van mijn leven heb gemaakt? Wat is dat eigenlijk, iets van je leven maken? Ik verlang terug naar de zorgeloosheid die me hier heeft gebracht, naar het gebrek aan diepgang. De dwaling die de verkeerde kant op wees.
Ik ben bang voor de dood. Daarom kan het maar beter snel gebeurd zijn. Dan ben ik er vanaf. Net als wanneer je een toespraak moet houden met bibberende knieën voor een onwillig publiek. Je laat de kans voorbijgaan om iets van belang te zeggen omdat je wilt dat het zo snel mogelijk over is en je van de houten verhoging af mag stappen. Je durft jezelf niet te relativeren omdat anderen het dan misschien ook gaan doen. Je kijkt niet met open blik de zaal in, maar mompelt onverstaanbaar gemeenplaatsen. Je leeft niet. Je gaat al in je kist liggen en wacht. Op het onvermijdelijke. In de hoop en even grote vrees dat het snel voorbij is.

Uit: Samya, verkocht (werktitel)
Afbeelding: Detail, Joost Sicking


###

donderdag 19 augustus 2010

It ain’t no pick nick

Spoiled as we are, we think we are immortal and can do anything we want. Especially in summertime: Holidays!!!!

Then shit happens and friends start to die. All of a sudden. They don’t care if it is summer or not, whether there are holidays or not, they just drop out of life.

What is left is: missing battling insecurity – I can be next… - A startling awareness, though it should not surprise anyone: we are born to die.

Our companions are too young to knock on St Peters’ door and so are we. Our lives haven’t been fulfilled, because we wasted time. It is no secret that one goes when the time is there, not before the earthly task is fulfilled. Wasting time has a purpose from that point of view; it prevents us from reaching our goal in life and therefore, logically, prolongs the stay.

But John didn’t succeed in protracting and God knows he wasted lots and lots of time. Neither did Mary, or Ron for that matter. That is the scary part. I spent my days playing and partying too. Looking at the evidence this is not going to buy me extra years, on the contrary.

Now I am in a hurry, holus-bolus. To do what? To fulfil my life’s purpose. What purpose? Where’s the purpose? Did I loose it, give it away, put it in a shoebox under the bed? Where’s my fucking purpose? What if there’s no purpose......? No sense….

Silence


###

zondag 8 augustus 2010

Informatie en ethiek

Monologue interieur van Pia, bekende Nederlander

Op straat word ik herkend. Ik doe of ik het niet hoor. Nieuwslezers beginnen een soort heldenstatus te krijgen. Ze zijn de gidsen van de gewone man die zich verstrengeld weet door de info jungle. Er zoemt zoveel informatie, blogs, actualiteiten, meningen, verborgen commercials door de ether dat het filteren van nieuwsfeiten weer een vak is geworden.

Onze dienst wordt betaald door de overheid. Mijn baas vergadert wekelijks met de minister van Informatie & Ethiek over de berichtgeving. ‘Vrijheid van meningsuiting is het grootste goed van de samenleving’, luidt de slogan waarachter zich een ideologie verschuilt over wat de overheid goed vindt en wat slecht. Vrijheid en veiligheid zijn langzaam aan synoniem geworden, ingegeven door een drang naar absolute macht die gesluierd door de democratie waart.

Het kabinet dat onze informatiedienst oprichtte, een linkse club met rechtse ideeën, bedacht dat de veelheid stemmen leidde tot zo’n kakofonie dat niemand meer weet wat waar is en wie de experts zijn. Iedereen is zelfuitgeroepen expert geworden op de meest uiteenlopende terreinen. Op het hoogtepunt van de massale geruchtenmachine, toen niemand meer wist wie, wat, waar, wanneer, waarom en hoe, toen de professionele journalistiek een wisse dood naderde, gesmoord in het geblaat van een kudde met meningen, kwam het kabinetsvoorstel om een Ministerie voor Informatie & Ethiek op te richten.
De voornaamste taak van dit ministerie zou zijn een objectieve en betrouwbare nieuwszender in de ether te brengen en het volk van nieuws te voorzien.

‘Is objectieve journalistiek überhaupt wel mogelijk?’ vroeg de hoofdredacteur van een noodlijdende krant. ‘Ethische journalistiek daarentegen bestaat wel. Dat is wat wij doen: hoor en wederhoor. Daarvoor is geen door de overheid gefinancierde en bestuurde nieuwszender nodig. We kunnen beter onderzoeken hoe we de bestaande professionele journalistieke infrastructuur van ons land in tact houden. Onafhankelijke pers is van levensbelang voor een democratie.’

Hoon was zijn deel. Een blind paard kon zien dat het voor de gewone burger onmogelijk was geworden hoofd- van bijzaken te onderscheiden. ‘We moeten de mensen helpen weer richting te vinden. Dat is onze taak als overheid. Dat kun je niet aan de markt overlaten,’ zalfde de minister president.

Vijf jaar geleden werd ik aangenomen als nieuwslezer en langzaam begonnen mensen mij als expert te zien, als gids. Ik krijg zelfs brieven waarin me om raad gevraagd wordt. Die brieven worden beantwoord door het secretariaat van het ministerie. De antwoorden zijn altijd in lijn met het overheidsbeleid. Net als het nieuws wat wij brengen.

De wet op sleutelplicht, die voorschrijft dat politie op elk moment zonder opgaaf van reden bij burgers binnen mag treden met gebruik van de door de burger zelf afgegeven huissleutel, was razendsnel klaar. Alsof ie al klaar lag. Sleutelplicht is onderdeel van De Veiligheidswet, die de overheid meer bevoegdheden geeft om burgers te controleren en zonodig preventief vast te zetten.

De communicatie rondom deze wet is volledig en goed voorbereid door onze dienst. We stortten een lawine aan berichten over de ontsporende samenleving in de ether. De roep om controle groeide en de regering bleek het volk graag ter wille.

Sneak preview uit Wat de Hel!

###

dinsdag 3 augustus 2010

www.sicking.nl

Joost Sicking, sterfbed vader, houtskool op papier, 1961

Quite a job, fixing Dad's website. Rewarding too, meet a lot of old memories as well as new discoveries. Site is not ready yet. Don't know when...... but am scanning the whole lot and find beautiful and funny things. This one is beautiful and dramatic as well. It is a drawing (charcoal) of my grandfather on his deathbed. Joost was sitting beside him, watching over him and made a whole series of intimate portraits. Date: May, 1961